DISCLAIMER:
De informatie in deze blog is sowieso vertrouwelijk en uitsluitend bestemd voor de geadresseerde. Wanneer u dit bericht per abuis ontvangt of leest, verzoeken wij u dit te doen met een dosis humor en/of een zak zout bij het ontbreken van de eerste wens. Verder verzoeken wij u, wanneer u niet over zout of humor beschikt, dit bericht te vernietigen en de inhoud ervan aan niemand openbaar te maken dan wel zelf te willen begrijpen. Wij aanvaarden geen aansprakelijkheid voor onjuiste, onvolledige dan wel ontijdige overbrenging van de inhoud van dit bericht alsook het eventuele gevoel dat mensen zonder humor en zout kunnen creëren.
In de periode voor de jaarwisseling besteedde ik veel tijd aan de productie van de documentaire "Open Source, de vrijblijvendheid voorbij". Een productie waar ik nog altijd erg trots op ben. Deze heeft zeker bijgedragen aan het op gang brengen van de discussie over het gebruik van Open Source, en het heeft voor WeAreFrank! geleid tot het zijn van een gesprekspartner. Deze tijdsinvestering betekende dat er even geen blogs werden geschreven.
Nu we het jaar 2024 zijn gestart, de eerste sneeuwbuien achter de rug hebben, de eerste stakingen alweer zijn aangekondigd, de formatie nu al in een uitzichtloze impasse is beland en PSV zo goed als kampioen is, werd het tijd om weer wat op papier te zetten. De vraag is altijd: waarover gaan we het hebben in deze blog? Het moet prikkelend, uitdagend, interessant zijn, en niet te lang maar ook niet te kort.
Open Source en het gebruik ervan door overheden was niet voor niets het onderwerp van de genoemde documentaire. Deze is overigens terug te zien op WeAreFrank!TV via de link: https://wearefrank.tv/watch/170.
Om dus bij overheden te blijven, ben ik er eens oppervlakkig ingedoken, met name binnen onze eigen overheid op het gebied van ICT en IT. We horen vaak dat we niet mogen klagen, dat het nog niet zo slecht is, dat ze echt wel hun best doen, en dat het misschien niet beter kan. Dit zijn veelgehoorde uitspraken, maar als leek op dit gebied, en dat ben ik, moet je altijd uitkijken dat je niet te grote schoenen aantrekt en de plank volledig misslaat. Toch heb ik wat onderzoek gedaan, en met name de combinatie van ICT en IT met de overheid in Nederland levert prachtige cijfers op!
Neem bijvoorbeeld de Belastingdienst. Hun systeem, dat de basis vormt van de gehele infrastructuur en het ICT-landschap, dateert uit eind jaren 80 met een grote update in de late jaren 90. Ter verduidelijking: dat is dus ruim 40 jaar oud! De politie heeft de zaken ook nog altijd niet op orde en is vrijwel het hele jaar bezig met het dichten van gaten en het voorkomen van lekken.
Omdat we vaak roepen dat er altijd wel iets is en er overal wel dingen fout gaan, heb ik een willekeurig land gepakt om te vergelijken met Nederland. Wat te denken van Estland? Als we er tegen voetballen winnen we met grote cijfers, althans dat mag je verwachten. Wanneer we tegen Estland tennissen is het ook appeltje eitje, met hockey winnen we terwijl we niet eens 11 spelers of speelsters hoeven op te stellen. Beetje een flauwe vergelijking uiteraard om louter sporten te kiezen waarin Nederland de ongekende top beheerst. Maar zo goed als wij zijn met deze sporten in vergelijking met Estland, zo erbarmelijk is het gesteld met het vergelijk tussen de Nederlandse overheid en haar ICT en IT landschap ten opzichte van het genoemde Estland. In dat vergelijk zijn we amateurs. Amateurs met een grote letter A. We spelen in de kelder van de competities en zelfs daar krijgen we iedere week een pak slag van heb ik jou daar! We kunnen er echt helemaal niets van in vergelijking met Estland.
Hoe ik tot deze conclusie kom?
In Nederland hebben wij, hou je vast, 25.000 websites die gelinkt zijn of gelinkt kunnen worden aan de overheid. Even nogmaals, 25.000! De problemen stapelen zich op, systemen zijn verouderd en praten niet meer met elkaar. Het Frank!Framework praat met alles, dat kan het prima oplossen. Maar daar gaat het nu even niet om. In Nederland hebben we dus 25.000 overheidswebsites en geen van deze werkt naar behoren, of het moet per ongeluk goed werken. Estland, het land waarmee ik een vergelijk maakte, heeft er……….jawel, 1.
Estland heeft slechts één enkele website vanuit de overheid. Daarop regelt je als Est alles. Alles is daarin geïntegreerd; alle systemen communiceren met elkaar, begrijpen elkaar en doen wat van ze wordt gevraagd. In het geval van de Esten of Estlanders kunnen we nog heel veel leren. Uiteraard zal er in Estland ook wel iets niet helemaal vlekkeloos verlopen of iets niet helemaal goed geregeld zijn, maar wat betreft ICT, chapeau!
Estland verdient lof voor de fantastische sociale programma’s die het zijn burgers biedt. Het heeft een van de beste onderwijssystemen in de regio. Het biedt niet alleen universele gezondheidszorg, maar ook de langste periode van betaald zwangerschapsverlof van alle naties in de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling. In een tijd waarin vrouwen wereldwijd nog steeds met marginalisatie en een moeilijke strijd voor gendergelijkheid worden geconfronteerd, verdient de vooruitstrevendheid van Estland hier lof.
De slogan van Estland is: "Be healthy, be welcome and be free", oftewel: "We regelen het en zorgen ervoor dat u het naar uw zin heeft!"
In Nederland hebben we ook tal van slogans. Die van de Belastingdienst bijvoorbeeld: "Leuker kunnen we het niet maken, wel makkelijker". Ik heb daar zo mijn ideeën over. Een betere slogan voor Nederland, met haar 25.000 niet-werkende overheidswebsites en portals: Waarom makkelijk maken, als het ook moeilijk kan!
Tot slot; Begrijp mij niet verkeerd alsjeblieft, maar Estland heeft nog een groot voordeel. Er leven en wonen in dit prachtige land meer vrouwen dan mannen.
Fijne dag!
Jeroen Smits